Bewustwording

Wie denkt de mens dat hij is?

De mensheid heeft zich sinds lange tijd knus bovenaan de voedselketen gevestigd en vindt zichzelf de beste ontdekking sinds de dinosauriërs. Sinds het uitvinden van vuur en gesneden brood (overigens is pure chocoladehagelslag de beste uitvinding ooit, serieus wie heeft dat uitgevonden en kan ik met haar/hem trouwen?), hebben wij besloten dat alles dat op de Aarde voortbeweegt ten doel staat van de mens. Afgezien dat het volgens de overlevering de nadrukkelijke wens was van een hogere macht om te regeren over alles dat kruipt over de aarde, is deze boodschap nog niet bij elk levend wezen doorgedrongen. Een surfer die nietsvermoedend zich veilig waant als hij de woelige baren denkt te regeren, komt bedrogen uit wanneer een haai de trek stilt met dit lekker mensplankje. Met zout smaakt rauw vlees zelfs lekker, en water genoeg om die lastige botjes door te spoelen.

Van nature heeft de mens niet zoveel in te brengen, de een wat meer dan de ander. Zou er een Apocalyps plaatsvinden, zou ik geen kans maken wanneer een wild beest mij in het vizier zou hebben. Met al mijn pijntjes en kwaaltjes ben ik binnen een kort sprintje, begeleidt onder een hoog gilletje, een vlezig snackje. De iets beter getrainde en dappere mens weet zijn oerinstinct te benutten en zal best een ander dier op natuurlijk wijze weten uit te schakelen, om vervolgens voor eigen gebruik te consumeren.

Ergens in onze evolutie is op het gebied van consumeren en het omgaan met dieren iets misgegaan. Sinds ons brein steeds krapper in onze schedel is komen te zitten, hebben wij onze hersenen gebruikt om werktuigen uit te vinden. Omdat we zelf niet bij machte waren om de sabeltandtijger of andere dappere dodo’s met onze eigen handen klein te krijgen, heeft iemand van ons eens bedacht een menhir op te rapen en die naar het hoofd van een everzwijn te werpen, en met succes. Later werd de steen steeds kleiner en scherper en knoopten we er een stuk hout aan vast om die vervolgens over grote afstand de vacht van een mammoet in te schieten met een gebogen stuk tak waar henneptouw tussen werd gebonden, totdat iemand per ongeluk zijn boog in het vuur liet vallen en hennep ook op een andere manier veel plezier bracht. Ik besef dat historisch gezien de tijdlijn in dit stuk niet helemaal klopt, maar het gaat even om het idee.

Ergens tijdens, noem het maar ontwikkeling, zijn wij goed geworden in het systematisch afslachten van miljarden dieren. De manier waarop wij op deze Aarde wonen, is dat alles voor ons is. De letterlijke vertaling van een historisch stuk tekst. In den beginne was dit niet zo’n groot probleem omdat er maar een aantal geregistreerde gezinnen waren en er niet zoveel monden gevoed hoefden te worden. De mens stond meer in contact met zijn omgeving en had veel meer respect voor het leven dat genomen werd en alleen het broodnodige werd genomen, omdat men moest overleven. Dit is, kun je wel stellen, nogal uit de hand gelopen. Het gemak en het gebrek aan respect voor de planeet waarop wij leven, heeft ertoe geleidt dat er 50.000.000.000 dieren wereldwijd per jaar worden geslacht ter consumptie. 550.000.000 dieren per jaar staan op de rekening bij Moeder Natuur op naam van Nederland, 1.500.000 per dag. 31 dieren per jaar sterven er per jaar voor mij zodat ik mijn broodje ham heb of een McChicken. Uiteraard heel statistisch bekeken. Wanneer is leven een statistiek geworden?

Wat doet het jou nog als het ANP meldt dat er een schuur met 50.000 kippen in vlammen is opgegaan, of er een vrachtwagen met varken is gekanteld? Hinderlijk als je in de file erachter staat.

De industriële revolutie heeft een enorme impact gemaakt op onze direct omgeving: broeikasgassen, overproductie, massaslachting. De manier waarop wij met de rest van onze planeetbewoners leven, heeft niets meer te maken met hoe onze Founding Father het bedoeld heeft. De mensheid, althans het gedeelte dat het goed heeft en in weelde zwemt, staat niet meer in standje overleven maar in het zoveel mogelijk het onszelf naar de zin maken en bepalen hoe onze omgeving het best ingeperkt kan worden zodat we er zo min mogelijk last van hebben. Natuur is prima, maar wel op fietsafstand. Te veel damherten, afschieten maar. Ganzen die te dicht bij Schiphol grazen, vergassen maar. Te veel everzwijnen, op het menu van morgen of op de vuilstort.

Wie denken wij dat wij zijn, om te bepalen wat teveel is? Teveel voor ons ongemak, teveel omdat we opeens geconfronteerd worden met ‘wild’ in onze achtertuin. Wild, dat wel probeert te overleven omdat wij zoveel natuur nodig hebben. Ik ben nog geen vos tegengekomen dat in zijn burcht een ‘snack’ neemt. Het eet omdat het moet. Ik eet een zak chips omdat ik trek heb, ik ga naar de McDonald’s omdat ik wel wat tussendoor wil.

Wij vinden het verantwoord en sluiten onze ogen ervoor, dat er honderden dieren in kooien zitten die gebruikt worden voor onze jassen, om producten op te testen en ziektes krijgen toegediend om te testen wat de gevolgen voor ons zijn. Soms voor de ‘wetenschap’, vaak omdat een dier een product is geworden. Medeleven is waardeloos geworden: vakantiereisjes naar Afrika, waar voor grof geld giraffen, olifanten en tijgers worden vermoord voor een leuke selfie, wat is er nu mis mee om met je kinderen een dierentuin binnen te lopen, naar de aapjes te kijken, of om naar de bioscoop te gaan met je kinderen om daar naar ‘getrainde’ exotische dieren te kijken voor een avondje vertier: die dieren vinden het zo leuk, kijk dan.

Wij denken niet meer na over ons eten. Het is er gewoon, in kant en klare plastic verpakkingen en in overvloed. Volgepropt met conserveringsmiddelen, houdbaar tot volgend jaar mei, heel gezond. Veel van onze kinderen weten niet eens waar het vlees vandaan komt. We kijken ook bewust weg, we willen het liever niet weten. We vinden het zo lief als de koetjes in de wei staan, de schaapjes lopen te blaten en verder staan we er niet bij stil dat de inhoud van de plastic verpakking Berta 23 is.

Ik ben geen dierenactivist, ik ben ook schuldig. Behalve dat ik zoveel mogelijk de inkoop probeer te beperken en eet wat ik nodig heb, zo min mogelijk verloren laat gaan en niet naar films ga waar dieren in worden gebruikt, de dierentuin liever links laat liggen en naar een circus ga dat ter vermaak is en niet ter promotie van dierenmisbruik. Er is absoluut ruimte voor verbetering, bewustwording is daar een onderdeel van. Je hoeft geen activist te zijn om bewust te leven, bewust leven vereist wel activiteit.

Loading