Tag archieven: Pic

Kapitein Bakkebaard en de woordenschat

‘Arrr! Kapitein Bakkebaard!’
‘Wat is er, matroos?’ schreeuwt de kapitein naar het kraaiennest.
‘Arrr! Land in zicht!’
‘Weet je het deze keer zeker?’
De matroos schuift zijn ooglapje voor zijn andere oog. ‘Arrr! Recht vooruit.’
Kapitein Bakkebaard stevent recht op het voordek af, pakt zijn verrekijker en schuift het uit. ‘Drie bergen, de kleinste in het midden. Precies zoals het op de schatkaart stond,’ mompelt hij. Achter hem wacht de bemanning gespannen af. ‘Matroos, zie je kapers op de kust?’
‘Arrr! Nee, kapitein!’
‘Matroos! Dat ge-arrrr. Is dat echt nodig?’
‘Arrr! Hoe weten we anders dat we piraten zijn?’
Een luide arrr rolt over het dek.
Kapitein Bakkebaard richt zich tot de bemanning. ‘We vechten als Schotten, stelen als Spanjaarden en zuipen als Hollanders. Bij elke zin arrr schreeuwen, dat maakt ons piraat?’
‘Arrr! Arrr!’ klinkt het instemmend.
De kapitein wrijft over een van zijn bakkebaarden. ‘Goed dan. Stuurman! Werp het anker uit. Laat de sloepen zakken. We gaan aan land!’
‘Aaar, kapitein! Bootsman, strijk de zeilen. Aaar! Werp …’
‘Stuurman, niet jij ook al? Dat klinkt nergens naar.’
‘Aaar! We moeten de mannen tevreden houden nu we zo dicht bij de schat zijn … O ja, Aaar!’

 ‘Aaar! Hoever is het van het strand, kapitein?’ vraagt de stuurman als hij uit de sloep en op het strand stapt.
Kapitein Bakkebaard denkt aan de schatkaart. ‘300 passen west, 150 noo… Argh!’
‘Aaar! Argh, kapitein? Aaar!’
‘Argh, sukkel. Ik ben geraakt … Muiterij. Hij heeft ons voor het lapje gehouden … Arrr…gh.’

Loading