Leiden, 1973
Overdag besteed ik mijn tijd als bouwkundig tekenaar, maar 's avonds timmer ik aan de weg als schrijver van korte verhaaltjes en als medebeheerder van een boeken blog. Ik woon samen met mijn partner Yfke en onze kat Abby in de Duin- en Bollenstreek. Mijn zoon Jordi verblijdt ons zo nu en dan ook met zijn gezelschap en maakt ons gezinnetje compleet.
Dit is mijn persoonlijke pagina, hier kun je korte verhaaltjes vinden of andere creatieve creaties.
Ik plaats mijn vinger op het raam en streel over de ijsbloemen. Ik tril, heviger dan gisternacht. De sprei om mijn bovenlichaam biedt nauwelijks warmte, toch trek ik het dichter tegen me aan. De radiator voelt koud tegen mijn benen. Met een nagel krab ik wat ijs weg. De rook uit de schoorstenen aan de overkant stijgt in dunne slierten recht omhoog. ‘Zij wel.’ Het slepende geluid waar ik wakker van werd klinkt dichtbij. Door het gaatje zie ik mijn vader. De kerstboom achter zijn fiets heeft bijna alle naalden verloren. Mijn tranen bevriezen voor ze mijn lippen bereiken.
Deze waddenbundel is een initiatief van Marelle Boersma en bevat 15 korte verhalen van 15 verschillende schrijvers, met als thema de Wadden. Van elke verkocht boek wordt 1 euro gedoneerd aan de zeehondenopvang.
‘Lucas, pas je op!’ roept Emma, het rumoer van het waterpretpark overstijgend.
‘Jaha, mam!’ Lucas zakt door zijn knieën bij de rand van de waterspeelplaats, plaatst zijn op afstand bestuurbare bootje in het water en friemelt aan de afstandsbediening.
‘Ik vind het maar niets, hoor.’ Emma stoot Evert aan die naast haar op een ligstoel ligt. ‘Straks valt hij er in.’ Lees verder Stuurloos→
‘Arrr! Kapitein Bakkebaard!’ ‘Wat is er, matroos?’ schreeuwt de kapitein naar het kraaiennest. ‘Arrr! Land in zicht!’ ‘Weet je het deze keer zeker?’ De matroos schuift zijn ooglapje voor zijn andere oog. ‘Arrr! Recht vooruit.’ Kapitein Bakkebaard stevent recht op het voordek af, pakt zijn verrekijker en schuift het uit. ‘Drie bergen, de kleinste in het midden. Precies zoals het op de schatkaart stond,’ mompelt hij. Achter hem wacht de bemanning gespannen af. ‘Matroos, zie je kapers op de kust?’ ‘Arrr! Nee, kapitein!’ ‘Matroos! Dat ge-arrrr. Is dat echt nodig?’ ‘Arrr! Hoe weten we anders dat we piraten zijn?’ Een luide arrr rolt over het dek. Kapitein Bakkebaard richt zich tot de bemanning. ‘We vechten als Schotten, stelen als Spanjaarden en zuipen als Hollanders. Bij elke zin arrr schreeuwen, dat maakt ons piraat?’ ‘Arrr! Arrr!’ klinkt het instemmend. De kapitein wrijft over een van zijn bakkebaarden. ‘Goed dan. Stuurman! Werp het anker uit. Laat de sloepen zakken. We gaan aan land!’ ‘Aaar, kapitein! Bootsman, strijk de zeilen. Aaar! Werp …’ ‘Stuurman, niet jij ook al? Dat klinkt nergens naar.’ ‘Aaar! We moeten de mannen tevreden houden nu we zo dicht bij de schat zijn … O ja, Aaar!’
‘Aaar! Hoever is het van het strand, kapitein?’ vraagt de stuurman als hij uit de sloep en op het strand stapt. Kapitein Bakkebaard denkt aan de schatkaart. ‘300 passen west, 150 noo… Argh!’ ‘Aaar! Argh, kapitein? Aaar!’ ‘Argh, sukkel. Ik ben geraakt … Muiterij. Hij heeft ons voor het lapje gehouden … Arrr…gh.’
Nu beschikbaar: Horizon Taal, een korte verhalenbundel door deelnemers van de schrijfvakanties van Marlen Visser. 27 korte verhalen, 27 auteurs.
Horizon Taal omvat een verzameling van korte verhalen, die hun oorsprong vinden in de schrijfvakanties van schrijfcoach Marlen Visser. Deelnemers van de schrijfweken lieten zich inspireren door de glooiende heuvels in midden-Italië en de oneindige vergezichten op de Waddenzee. Hier schreven zij hun verhalen, die ontroeren, doen huiveren en tot nadenken aanzetten.
Zo vindt er een moord plaats met een nagelschaartje, jaagt een rat in een toiletpot iemand de stuipen op het lijf, heeft de Limburgse maffia haar werkterrein verplaatst naar Montesoffio en laat ongenode gast Willem zich niet wegsturen uit een reeds bezet appartement.
De aarde glijdt door mijn vingers. Ik kan niet meer overeind komen, mijn spieren weigeren. Ik plant mijn handen in het warme bed. Mijn armen trillen, de kracht ontbreekt om mezelf omhoog te duwen.
Rustend op een knie, verzoek ik de god van de spierkracht mij te verdoemen en langzaam reik ik naar de hemel.
Ik pak zijn hand. Die vertrouwde hand. Onafscheidelijk vanaf onze eerste date.
Hij vroeg mij, als een echte heer. De charmeur. Ik viel voor zijn grijsgroene ogen. De rest van zijn lichaam was ook fijn. Hartstochtelijke liefde, sensuele seks. Vanaf dat moment wist ik het; Rick was van mij. Mijn alles, mijn zielsverwant.
De jaarlijkse schrijfwedstrijd van Editio is weer in alle hevigheid losgebroken. Dit jaar doe ik mee met twee, relatief, korte verhaaltjes. Dus leuk als je het verhaaltje lees, nog leuker als je het verhaaltje liked. Naast de jury beoordeling wordt er ook een publiekswinnaar gekozen namelijk.
De sleutel brandt in mijn hand, het hete metaal laat een onuitwisbare afdruk achter in mijn huid. De geur van brandend vlees prikt in mijn neus.
De sleutel, de toegang naar mijn verleden. Ik probeerde het achter me te laten, maar vluchten bleek zinloos. Des te harder ik rende, des te meer ik merkte dat ik niet zonder kon. Ik schaamde me en probeerde te leven met mijn behoefte, anderen hadden minder geluk.
‘Welkom, dames en heren. Vandaag is het dan eindelijk zover, de grote finale. De zaal is afgeladen, er is geen enkele lege plek te zien. De spanning is met een mes te snijden. De twee kemphanen treffen hun laatste voorbereidingen. De kampioen van vorig jaar zit met zijn ogen dicht geconcentreerd op zijn kruk, terwijl zijn coach op hem inpraat. De uitdager in de andere hoek springt op en neer en probeert de huidige kampioen van zijn stuk te brengen, maar de routinier trapt daar niet in. De psychologische oorlogsvoering laat hem ongemoeid, wat op zich weer een uitstekende psychologische verdediging is dat duidelijk effect heeft op de uitdager. Hij lijkt behoorlijk van zijn stuk gebracht.’